Tja, zo ging dat vroeger dus… “Wat zit er in dat flesje dat alle renners in hun achterzak hebben?”, vraagt reporter Sergio Giubilo aan Fausto Coppi, zeg maar de Lance Armstrong van zijn tijd.
“Dit is ‘la bomba’”, antwoordt Coppi zonder ook maar de indruk te willen wekken iets te verbergen te hebben.
“Dat is een stel reservebenen, samengesteld uit geheime ingrediënten waarvan de belangrijkste zijn: dextro-amfetamine en het rotsvaste geloof dat het spul werkt. Alle renners nemen ‘la bomba’. Houd de lucifers ver weg van degenen die beweren dat ze het niet nemen.”
Giubilo: “Neem jij ook zo’n bommetje?” Coppi: “Natuurlijk, als ik het nodig heb.” Op de vraag wanneer dat het geval is, besluit Coppi laconiek: “Bijna altijd.”
In de dopingbiechtperiode van het moment, is deze anekdote uit 1952 ruim zestig jaar later wat je noemt retro-actueel. De passage komt uit ‘Fausto Coppi’, een boek over het leven van de fameuze Italiaanse wielrenner, zoals die er de afgelopen decennia vele verschijnen.
Dat bekent de auteur ook direct (“Dit is niet de ultieme biografie geworden”) in zijn woord vooraf: “Vele detailvorsers en publicaties zijn ons al voor geweest. De uitdaging lag elders. Dit boek moest een verrassende mix brengen van feiten, verhalen en beleving.” En dus werd de uitgave met de mooiste, meest hemelsblauwe cover van 2013 in drieën onverdeeld.
See on nusport.nl
via Tumblr http://italianentertainment.tumblr.com/post/42089297046